Afgelopen week vond het “Community Forum” van ICANN plaats, met vooraf hooggespannen verwachtingen over wat men zou besluiten over de aankomende aanvraagronde voor nieuwe domeinextensies. Dat er een groen licht aan zat te komen was eigenlijk wel duidelijk, de vraag was alleen hoe concreet dit zou zijn.
Wat mij betreft was dit concreter dan ik had verwacht.
Niet alleen:
- heeft ICANN het besluit genomen dat er een volgende ronde komt,
- hebben ze het merendeel van alle aanbevelingen uit een eerder rapport formeel overgenomen,
- stellen ze expliciet middelen beschikbaar voor een “successful and timely opening of the next round of new gTLDs”
- en gaat er “as soon as practicable” een oproep uit voor leden voor een Implementation Review Team om mee te schrijven aan de policies,
er staat ook een tweetal data zwart op wit:
- 15 juni 2023: oplevering van onder andere een plan en tijdlijn voor het oplossen van alle punten waar nog geen besluit over genomen is en een plan en tijdlijn voor het Implementation Review Team.
- 1 augustus 2023: oplevering implementatieplan aan het ICANN Board. Dit implementatieplan omvat tijdlijnen en een overzicht van de middelen die benodigd zijn om de opening van de nieuwe aanvraagronde aan te kunnen kondigen.
Er is dus nog geen exacte datum voor het aanvraagvenster, maar dit zijn wel belangrijke stappen. Van verschillende kanten klinken er geluiden dat tijdens de ICANN-meeting in oktober (in Hamburg) nieuwe beslissingen zouden kunnen worden genomen. De bovenstaande opleverpunten sluiten goed aan bij die geruchten.
Wat gaat het kosten?
De belangrijkste onzekerheid op dit moment (na de timing) is het financiële plaatje. Waar iedereen ervan uitging dat de kosten lager zouden zijn dan in de vorige ronde in 2012, komen de eerste schattingen uit op $240.000 tot $270.000, tegenover $185.000 in de vorige ronde.
Het probleem is dat ICANN de kosten redelijk inzichtelijk heeft (hoewel bijna een half miljard dollar wat mij betreft echt extreem veel is voor dit project), maar geen idee heeft hoeveel aanvragen er zullen komen. Om die reden wordt gerekend met 2.000 aanvragen – gelijk aan de vorige ronde. De prijs per aanvraag is eenvoudig de projectkosten gedeeld door het aantal aanvragen.
Zijn er dus 4.000 aanvragen, dan halveert de prijs; bij 1.000 aanvragen zou die verdubbelen. Het kip-ei-probleem is dat de prijs bekend moet zijn voordat de aanvraagronde open gaat, en het exacte aantal pas bekend is nadat de ronde sluit. Achteraf de prijs aanpassen zorgt gegarandeerd voor klachten: een aanvrager wil niet opeens zijn prijs verhoogd zien worden, terwijl iemand die geen businesscase op $240.000 kon maken, dat wellicht wel met een lagere prijs had gekund.
Hier zijn oplossingen voor te bedenken en ik ben ervan overtuigd dat dit een groot deel van het werk van het Implementation Review Team gaat zijn.
To be continued!